Carum carvi L.
Nederlands: Karwij
Familie: apiaceae
Gebruikt deel: de vrucht
In het wild komt karwij zowat overal in de gematigde klimaatgebieden voor. Het is een ongeveer 60 cm hoge tweejarige plant die het liefst groeit op half beschaduwde stukken kleigrond.
Karwij wordt gekweekt voor het verse blad, dat ongeveer zoals peterselie gebruikt wordt, en vooral ook voor het zaad. In de Duitse en Middeneuropese keuken wordt kwaij gebruikt in zowat alle bereidingen, variërend van salades, zuurkool, brood en gebak, tot allerhande stoofpotten en vleesgerechten.
Eigenschappen – indicaties: Parasiticide – krampstillend – bronchitis – slijmoplossend – cardiovasculair erethrisme – spijsverteringsstoornissen – aerofagie – eetlustopwekkend – entercolitis – maagkrampen – maagmiddel – nerveuze dyspepsie – winderigheid – galdrijvend – galvormend – galinsufficiëntie – leverinsufficientie - diureticum
Gebruik: Verstuiven – bad – massage – inname
Karwij-olie is niet geschikt voor kinderen en zwangere vrouwen.
Emotioneel:
Negatief: emotionele overspannenheid
Positief: verwerken
Samenstelling: 45% limoneen – 6% cis-carveol – 60% carvon – dihydrocarvon – herniarine